Lesfasenmodel
Mijn les is opgebouwd uit drie lesfasen. Een receptieve
fase, een productieve fase en een reflectieve fase. Vooraf selecteer ik een thema, een materiaal en een techniek en stel ik een beeldend en een technisch doel dat aansluit bij het beeldend vermogen en de ontwikkelingsfase van de leerlingen. De leerlingen zullen met het materiaal gekleurd papier gaan werken. De technieken die ik voor deze opdracht selecteer zijn knippen en plakken. Het beeldend doel van de les is het maken van je eigen kerstversiering. Het technische doel is leren knippen en plakken.
De leerlingen (van groep 1 en 2) bevinden zich
voornamelijk in de ontwikkelingsfase van ambachtelijk 1, waarbij de leerlingen
zijn gericht op de hoofdkenmerken. Een enkele jongste kleuter zit nog in de
fase van het favoritisme, en een enkele oudere kleuter bevindt zich al in een
overgangsfase tussen ambachtelijk 1 en 2. Ik heb het technische doel van mijn
les op basis van deze kennis veranderd van tekenen in knippen en plakken, omdat de kinderen bij het
tekenen van één stuk kerstversiering niet meer bezig zijn met de
kerstversiering an sich, maar met de invulling van één zo’n stuk waardoor het
eindwerkstuk (een gezamenlijk versierde kerstboom) tijdens het werkproces uit
het oog verloren wordt.
Kerstboomversiering. Receptieve
fase
Met de op handen zijnde feestdagen heb ik voor deze les
Beeldende Vorming gekozen voor het thema
van de kerstboomversiering. Ik start de les door de leerlingen te laten kijken
naar het beeld van een echte (fysiek aanwezige) kale kerstboom. Dat beeld beschouwen we doordat ik hen
de volgende vragen stel:
Startvraag: zou
je deze boom zo in de woonkamer zetten?
Onderzoeksvragen:Waarom
(wel) niet? Wat mist er aan deze boom?
Daarna laat
ik hen via het smartboard in een powerpointpresentatie verschillende plaatjes en een filmpje zien. Ik start met een plaatje zien van een versierde kerstboom. Met het plaatje van de kinderen die de kerstboom aan het versieren zijn in de rechterbovenhoek.
Vervolgens krijgen de leerlingen een collage te zien van verschillende soorten versiering in de kerstboom.
Andere onderzoeksvragen die volgen: Zijn de bomen allemaal hetzelfde versierd? Nee. (Zijn ze bijvoorbeeld allemaal hetzelfde van kleur? Nee.) (Welke kleuren zie je? Blauw, zilver, wit rood, ) Zitten er alleen maar ballen in de boom? Nee. (Wat voor
kerstboomversiering zie je nog meer? Kerststerren, ijssterren, hartjes, een bloem, vogels, (ijs)pegels strikjes, een kerstman, een rendier een uil, een hobbelpaard, een cadeautje, (lichtjes)) Als we alleen maar [antwoord vorige vraag] in de boom hangen, is de kerstboom dan klaar? Nee.
Laten zien filmpje De kerstman in de kerstboom (00:25-01:10) met de kijkvraag/onderzoeksvraag: Wat zit er dan nog meer in de boom? Slingers. lichtjes en een piek.
Analysevragen: hoe zit die versiering in de boom? /Hoe blijven al die versiersels zo goed in de boom zitten?
Vastgemaakt. Dan laat ik in één kader het volgende plaatje zien, samen met het plaatje van een papierslinger en eerste plaatje van de versierde kerstvboom
Onderzoeksvragen: hoe kan het dat deze kerstboom in de boom blijft hangen? (vragen aan een oudste kleuter) doordat er een lus aan zit. Door het gat. Hangen de slingers en de lichtjes hetzelfde[/ook door een lus] in de boom? Nee. Die is van boven naar beneden tussen de takken gelegd. En de piek? Hoe zit die in de boom? Die staat erop.
Analysevragen: hoe komt het dat de slinger/lichtje anders in de boom hangt dan een kerstboom? En een piek anders dan een slinger?
Speculatieve
vragen: (Als je de knijpers van de kaarsjes haalt/) de slinger in stukjes knipt/
de haakjes uit de gaatjes van de ballen, pegels en sterren haalt(/het boogje uit
het zuurtje/het gat uit het kransje,) zou die dan nog zou goed blijven hangen
in de boom? Als ik een paashaas, of een zonnebloem in de boom hang, is het dan
nog kerstversiering?
Oordeelvraag: Hoe wordt een kerstboom versierd?
Maak échte kerstboomversiering. De productieve fase
Het beeldend probleem waar leerlingen voor gesteld worden is het maken van kerstversiering van papier, dat werkelijk in de boom kan hangen. De leerkracht begeleidt het proces zo, dat alle versiering wordt gemaakt. Groep 1 zal individueel aan de slag gaan, groep twee mag, afhankelijk van hun idee in tweetallen werken (samen een slinger maken).
Groep 1:
maak voor jezelf een stuk kerstversiering dat echt in de boom kan hangen.
Groep 2:
Maak voor jezelf, of in tweetallen kerstversiering die echt in de boom kan hangen.
De beeldaspecten waar leerlingen mee zullen werken zijn kleur en vorm. Het beeldaspect kleur is ingezet (eigen keuze voor kleuren) opdat het de motivatie van de leerlingen voor de oprdacht vergroot en dat het de authenticiteit van hun eindproduct ondersteunt. Het beeldaspect vorm is zo ingezet dat zij appelleert aan het beeldend en technisch doel. (Hoe krijg ik de kerstversiering die ik bedacht heb, geknipt en geplakt uit het gekleurd papier? en Hoe vorm (knip en plak) ik mijn kerstversiering zo dat hij in de boom blijft hangen?) Hierna zullen de leerlingen middels het werkproces experimenteren aan de slag gaan met het materiaal om kerstversiering te maken dat echt in de boom kan hangen. Ik zal de kleuters instrueren hoe ze een schaar moeten vasthouden, voordoen hoe ze moeten knippen en hoe ze moeten plakken, met welke hoeveelheid lijm. Oudere kleuters expliciet instrueren met de optie eerst te bedenken wat voor soort kerstversiering ze willen maken. Op deze manier is het ontwerpproces eveneens geïntergreerd voor hen die daar aan toe zijn.
De boom in. De reflectieve fase
De leerlingen hangen hun werkstukje in de boom, of geven ze aan juf, die er de boom mee versiert. Daarna beschouwen we met de groep de versierde kerstboom. Bevat de
boom alle versiersels die een kerstboom heeft? [Alle soorten versiering afgaan. Slingers, lichtjes, losse versieringen en piek] Met de groep goede individuele werkjes bekijken en bespreken. Wat hangt er allemaal in de boom? Hoe zie je dat? [herkenbaarheid kerstboomversiering] Welke hangt er goed? Hoe komt dat? Welke is goed geknipt? Hoe zie je dat? Welke is goed geplakt? Waaraan kun je dat zien?
Beoordelingsrubric
Dag juf Nikki,
BeantwoordenVerwijderenLeuk! Ik ga je volgen, want ik pik graag graantjes mee van beeldende vorming lessen. Wanneer is de volgende post?
Groetjes,
Sophie
Ha Nikki, de opdracht zet aan tot clichématige oplossingen. Een concreet beeldend probleem ontbreekt. Het is ongetwijfeld 'leuk' om te doen, maar niet uitdagend, op het technische aspect van 'kunnen hangen' na. Je kunt voorstellen dat de leerlingen met alle versiering het bijbels verhaal van de geboorte van Jezus verbeelden, en dan in de boom rondom spiraalsgewijs hangen zodat je het van begin tot eind kunt volgen. Of als het thema bijvoorbeeld 'overconsumptie' zou zijn, hoe zien de figuren (uit het bijbels verhaal, geboorte Jezus) er dan uit in de vorm van kerstballen? zou interessant kunnen zijn, maar dat is wellicht wat hoog gegrepen.. maar het kwam zo in me op! :)
BeantwoordenVerwijderenHa Guido,
BeantwoordenVerwijderenO wat jammerrr! Ik had er nog zo mijn best op gedaan. Heb er echt mijn hoofd over gebroken, mijn hersens op gekraakt om dat te voorkomen, maar eerlijk is eerlijk, ik vind dat ook nog lastig om te doorgronden. Maar nu ik zo eens even mijn dikgedrukte opdracht voor mezelf teruglees, zie ik zelf ook dat je hup 1, 2, 3 een kerstbal of kerstster maakt, of misschien een rendiertje, als je erg gemotiveerd bent. Ik ben in mijn ijver om het niet te moeilijk te maken voor mijn kleuters (is één van mijn valkuilen bij het geven van lessen BV) en ze vrij te laten kiezen voor een soort versiering juist om die Beeldende vrijheid te bewaren en niet allemaal 'pietjes' te krijgen, juist niet beperkend genoeg geweest en heb zo geen beeldend probleem voor hen gecreërd. Mag ik nog eens een lesje aan je voorleggen als ik bezig ben? Nog tips om op een andere manier aan controles te komen als ik wil oefenen?
Gegroet again,
Nikki (is dus nog niet uitgeoefend)
P.s. ik ga nog even nadenken over een verbeterde, op kleuters toegespitste versie, misschien is dat spiraalsgewijze kerstverhaal net te doen, al denk ik dat zelfs dat nog wat lastig is. Merci voor de input! O, enne.. met "dat" in de zin "..ik vind dat ook nog lastig te doorgronden" bedoel ik dus het beeldend problematiseren. ;-)
BeantwoordenVerwijderen